Post Tagged ‘arbeiderspers’

Kieft van Michel van Egmond (VI Boeken) is de winnaar van de Publieksprijs Sportboek van het Jaar 2014. Dit is vanavond in het televisieprogramma RTL Late Night bekendgemaakt. Van 16 tot en met 24 april kon er gestemd worden op het favoriete sportboek.

Kieft

Michel van Egmond – “Kieft”

Het boek over voormalig profvoetballer Wim Kieft werd in 2014 al bekroond met de NS Publieksprijs en was het bestverkochte boek van 2014. Naast Kieftwaren dit jaar Solo van Wilfried de Jong (Podium), Commentator van Mart Smeets (De Kring), Wilco Kelderman bestaat niet van Thijs Zonneveld (Nieuw Amsterdam) en Bureau Sport van Erik Dijkstra en Frank Evenblij (Het Spectrum) genomineerd. Vorig jaar ging de Publieksprijs Sportboek van het Jaar naar Vechtlust, het boek van Vincent de Vries over voetballer Fernando Ricksen.

In Kieft vertelt journalist Michel van Egmond het verhaal van voormalig voetballer Wim Kieft. Kieft werd Europees kampioen, won de Europa Cup I en werd zes keer landskampioen. Bijna twintig jaar lang droeg hij een groot geheim met zich mee. Kieft is het verslag van een bittere strijd tegen zijn verslaving, schaamte, eenzaamheid en angst, maar ook over een voorzichtige wederopstanding. Het boek stond in totaal 8 weken op nummer 1 in De Bestseller60.

Week van het Sportboek De Week van het Sportboek vindt plaats van zaterdag 18 tot en met zaterdag 25 april, gelijk met de Nationale Sportweek die georganiseerd wordt door NOC*NSF. De Nationale Sportweek is een landelijk sportevenement dat een week lang in Nederland sporten onder de aandacht brengt.

Sinds 2013 is de CPNB betrokken bij de Week van het Sportboek. De Week is oorspronkelijk een initiatief van verschillende uitgevers van sportboeken: Ambo Anthos, De Arbeiderspers, Atlas Contact, De Kring, Nieuw Amsterdam, Thomas Rap en VI Boeken en richt zich op meer zichtbaarheid van sportboeken in boekhandels en bibliotheken. De vakjuryprijs voor het beste sportboek, de Nico Scheepmaker Beker, wordt 17 juni uitgereikt.

Koop bij bol.com

Advertentie
Taboe

Ferdinand von Schirach – “Taboe”

Sebastian von Eschburg brengt zijn kindertijd door op een oud landgoed. Hij verliest al jong zijn houvast als zijn vader zelfmoord pleegt. Zijn moeder doet het af als een ongeluk en weigert erover te praten. Sebastian vlucht in de wereld van de fotografie. Hij groeit uit tot een zeer succesvolle kunstenaar die in gewaagde, confronterende beelden laat zien dat werkelijkheid en waarheid verschillende zaken zijn. Als Eschburg wordt aangeklaagd voor de moord op een jonge vrouw, neemt advocaat Konrad Biegler de verdediging op zich. Daarmee helpt hij niet alleen de kunstenaar, maar ook zichzelf.

Taboe” bestaat uit eigenlijk drie delen, getiteld “Groen”, “Rood” en “Blauw”. In de delen komen de respectieve kleuren ook steeds terug. Deze indeling is terug te voeren op het motto van het boek:
Zodra het licht van de kleuren
Groen, rood en blauw zich
in dezelfde verhouding mengt
Lijkt het wit voor ons
(Kleurenleer volgens Helmholtz)

De drie delen tezamen vormen dus de kleur wit. In het eerste deel “Groen” wordt Sebastian gevolgd vanaf zijn jeugd tot aan de hoogtepunten van zijn carrière. “Rood” is een kort deel, een soort intermezzo, waarin duidelijk wordt gemaakt dat er een misdrijf is gepleegd en dat openbaar aanklager Monika Landau toegewezen heeft gekregen. In het derde deel (“Blauw”) wordt beschreven hoe Sebastian van Eschburg, die van de in “Rood” genoemde moord wordt verdacht, en dat hij er voor kiest om zich te laten vertegenwoordigen door advocaat Konrad Biegler, die zijn herstel van een burn-out onderbreekt om deze zaak op zich te kunnen nemen.

Ferdinand von Schirach is in het dagelijks leven advocaat, maar hij is ook een zeer begenadigd schrijver. “Taboe” is geen thriller, maar duidelijk literatuur, en Von Schirach weet hoe hij een verhaal moet vertellen in schitterende, beknopte zinnen. Het resultaat is een groots en meeslepend boek dat juist zijn kracht vindt in de kleine dingen en de taalbeheersing van Von Schirach. Dit is een boek dat me nog lang bij zal blijven. Het heeft op mij een diepe indruk gemaakt.

Uitgeverij De Arbeiderspers, 2014. 240 pag.

Koop bij bol.com

Recht van spreken

Richard Korver – “Recht van spreken”

Slachtoffers van ernstige misdrijven zijn in Nederland vrijwel op zichzelf aangewezen. Zij hebben volgens onze wetten en regels nauwelijks iets in te brengen in hun eigen zaak. Daarom nemen slachtoffers, of hun nabestaanden, steeds vaker een advocaat in de arm die hun belangen behartigt.

Richard Korver is een van de weinige advocaten die zich bezighoudt met de positie van slachtoffers. Korver staat zowel slachtoffers als verdachten bij, en heeft ruime ervaring met beide kanten van een rechtszaak. In “Recht van spreken” houdt hij een geëngageerd pleidooi voor de verbetering van de positie van slachtoffers van ernstige misdrijven. Hij signaleert wat er mis is met hun positie in ons wettelijk systeem, maar geeft ook heldere aanbevelingen over hoe het beter kan.

Vrijwel het eerste wat opvalt als je dit boek in handen krijgt, is dat er een groot aantal lichtgroene pagina’s in is opgenomen. Op deze pagina’s staan spreekrechtverklaringen van (familieleden of nabestaanden van) slachtoffers uit diverse zaken. Deze zijn werkelijk hartverscheurend om te lezen. Men kan niet anders dan dit boek lezen met stijgende verbazing en verontwaardiging. Alleen al deze verklaringen maken duidelijk dat het slachtoffer zo spoedig mogelijk een grotere rol in het strafproces moet krijgen en daar zelf een partij in moet worden. Daarvoor is dit boek een ijzersterk pleidooi. Maar helaas verandert de juridische wereld niet zo snel. Het boek van Korver dateert van 2012 en nog altijd is er weinig veranderd in het Nederlandse strafrecht wat de slachtoffers betreft en daardoor is dit boek van Korver (helaas) nog altijd actueel en relevant.

Uitgeverij Arbeiderspers, 2012. 336 pag.

Koop bij bol.com

Hoogvlakte

Naomi Rebekka Boekwijt – “Hoogvlakte”

Deze winactie is afgelopen. De volgende drie personen hebben een exemplaar gewonnen van het boek “Hoogvlakte” van Naomi Rebekka Boekwijt:
* Anouchka D. uit W.
* Sander K. uit N.
* Esther P. uit E.

Jullie krijgen het boek zo snel mogelijk toegestuurd!

Een goed nest

Tessa de Loo – “Een goed nest”

Na “De Tweeling” opnieuw een aangrijpend verhaal over de band tussen twee zussen.

Tussen Noor en Eva Denekamp, twee zussen van rond de vijftig, botert het niet. Ze zien elkaar zelden. De diepgaande verschillen komen pas echt aan het licht, wanneer Noor vanuit Amsterdam haar zus in de Achterhoek opzoekt met opzienbarend nieuws. Het wordt een turbulente ontmoeting, waarbij het er niet zachtzinnig aan toe gaat. Oude gevoelens van wrok en jaloezie herleven, oude wonden worden opengereten, verwijten vliegen over en weer. Dan vertelt Noor eindelijk het intieme geheim dat hun levens zou kunnen ontwrichten. Het is nu aan hen: willen ze voorgoed blijven steken in rancune of zelfmedelijden, of zal het de zussen lukken boven zichzelf uit te stijgen?

Na “De Tweeling” dus opnieuw een boek dat draait om de relatie tussen zussen, maar “Een goed nest” is zeker geen “De Tweeling” deel 2. Wel is het, zoals we van Tessa de Loo gewend zijn, een boek dat makkelijk weg leest. Het taalgebruik is prettig en het verhaal weet te boeien. Het is moeilijk om veel over het boek te zeggen zonder het plot prijs te geven, en het plot is sterk. Het doet denken aan een moderne versie van een Griekse tragedie. Voor liefhebbers van Tessa de Loo natuurlijk een must, maar ook voor mensen die graag een goed boek lezen is “Een goed nest” zeker een aanrader.

Koop bij bol.com

GUIDO VAN HEULENDONK – “En dan, als ik weg ben

9200000030212967[1]Van Heulendonk schrijft met afstand en verwondering over het leven en de mens. Geen gemakkelijke roman, maar mooi gecomponeerd en verwoord.

Guido van Heulendonk schrijft op zijn heel eigen manier zijn lezers op een zekere afstand. Soms doet hij dat uitnodigend, soms uitdagend. Hij gaat te werk zoals een jazzmuzikant die, vroeger of later dan verwacht, de melodielijn opneemt en er vervolgens rond wervelt: hij maakt ze herkenbaar door ze te suggereren. Op een gelijkaardige manier vertelt Van Heulendonk nooit zomaar iets, vrijblijvend. Improviseren doet hij zeker niet: alles wat er staat, is goed overwogen en het staat er op weldoordachte plekken. Alleen valt het niet op. Je moet dus aandachtig lezen, en liefst twee keer, om goed te zien wat er staat, en waar en waarom, en hoe het allemaal in een precieus netwerk gevat zit. Jazz gaat niet om het voor de zoveelste keer naspelen van een melodie, maar om de virtuositeit om met die vertrouwde melodie om te springen. Het is wat wennen, ja. Je moet op die uitdaging willen ingaan.

Godzijdank
Van Heulendonk schrijft zich ook op een afstand door zijn versie van de beleveniswereld van zijn personages, die hij met die indirecte verwoording evoceert. Daar zit altijd iets wrangs in. En hij kan het niet laten: daar zit bij hem ook altijd een visie in, een manier om de wereld en het leven te bekijken. En de mensen. En hun gevoeligheid, hun onhandigheid, hun pogingen om er toch nog wat van te maken. Vroeger goot hij daar graag een geut cynisme overheen – ‘kijk toch ‘s hoe klein, hoe zielig, hoe absurd’ – nu nog slechts een ontnuchterend vleugje, als om te stellen: dit is het leven (maar). Want het menselijk bestaan staat bij hem niet hoog aangeschreven, en een van de laatste zinnen van dit boek luidt opnieuw: “Het leven was, godzijdank, één grote vergissing”. Hoewel: met die ‘godzijdank’ gaat hij daarin toch weer een stap verder: hij ironiseert nu zijn eigenste cynisme. Dubbelzinnigheid dubbelop, dus. ‘Lees maar, er staat niet wat er staat’, waarschuwde dichter Martinus Nijhoff zijn lezers ooit in een slotvers. Bij Van Heulendonk staat er niet alleen iets anders dan wat er staat, maar ook altijd meer dan er (op het eerste gezicht) staat.

San Francisco
Hoe doet hij dat, concreet? In ‘En dan, als ik weg ben’, zijn nieuwe roman, zet hij drie elkaar afwisselende verhaallijnenop, die niets met elkaar te maken hebben, behalve dat in het laatste hoofdstuk de personages bij elkaar komen in hetzelfde vliegtuig op de startbaan naar San Francisco, terwijl de veiligheidsinstructies door de intercom galmen en Angelo zich een filmpje herinnert van een man die een eerste valscherm test en roemloos van de Eiffeltoren te pletter stort. (Formuleer zelf het verborgen statement.) Angelo heeft wel filosofie gestudeerd, maar dan als kassier in een supermarkt en als pizzabesteller gewerkt, en hij probeert zich nu als toyboy niet helemaal te laten opzuigen door zijn oudere minnares.Eleonora, genoemd naar de song van de door haar vader aanbeden Paul McCartney, is docente en kan met haar nieuwe vriend slechts per skype communiceren als hij vier maanden op gastseminarie gaat. De zestiger Reinoud mist zijn vrouw, een journaliste, die bij een ongeval om het leven is gekomen, en hij wil voor haar nagedachtenis nog een oud familiegeheim lichten.

Knakkend kniegewricht
Van Heulendonk verknipt hun verhalen tot opeenvolgende taferelen, schetsen, waarin nauwelijks evolutie zit – hij tekent meer dan hij vertelt. Allemaal miniaturen ingevuld met banaliteit, zo lijkt het wel, met de clichés van het ‘gewone leven’. De reünie van de vriendinnen van de school en de scouts vroeger, die dan over de eetproblemen van hun jonge kroost keuvelen. Want over haar argwaan over wat haar vriend naast zijn gastseminaries uitvreet en over haar steken van jaloezie wil Eleonore het niet hebben. En Angelo is verhangen aan Mahler (‘Dunkel ist das Leven, ist der Tod’), maar dat vindt zijn minnares “zo pessi-mies-tisch” en ze doet hem een CD van Angelo Branduardi cadeau. De banaliteit overspoelt en verbergt een aantal wezenlijke emoties. Vaak onuitgesproken, maar toch. Zegt Reinoud op een beschouwelijk moment, geknield bij het graf van zijn vrouw, op zijn beurt over kinderen en over hun kinderloze huwelijk: “Een kinderwens was (…) slechts een wens naar een mythische, nooit te realiseren zuiverheid. De wens naar een Verloren Paradijs, met vlinders en aaibare tijgers. Een weigering de wereld te zien zoals hij was: een als een ontvangstzaal vermomde kerker, die niemand levend verlaat”. Dan komt hij moeizaam weer recht,”met een knakkend kniegewricht”. Onthoud ook dit knakkend gewricht, want het zal nog van belang blijken in de ontwikkeling van het verhaal. De dagelijksheid torst bij Van Heulendonk altijd een hele lading betekenis.

Tower Bridge
Nog een onopvallend maar veelzeggend statement: bij een foto van een helverlichte Tower Bridge overweegt Reinoud: “Zo idyllisch dat je dacht: over dit soort brug wil je niet wandelen, want dan zie je ze niet meer.” Dit is precies wat Van Heulendonk doet: niet zelf deel van het leven uitmaken, maar ervan afstand nemen om het beter te kunnen zien. Helderder, inzichtelijk, revelerend. Zowel de banale details als het sprekende geheel. En zoals wel vaker in zijn romans (en uitgesproken in zijn vorige, ‘Barnsteen’, 2010) wil hij bij gelegenheid ook in deze wel eens heel ver achteruit gaan, tot hij die banale belevingen in een kosmisch of een evolutionair perspectief ziet, ontnuchterend, ontluisterend, minimaliserend. Aan de praat met de gelijkgestemde cafébaas van zijn stamcafé hoort Reinoud in het gemurmel van de andere gasten “de ruis van miljarden stemmen”. Allemaal apart, en toch: “Allemaal familie, allemaal verbonden door dezelfde dubbelspiraaltjes in hun cellen, brugjes van eiwitten en zuren, van hier naar China, van nu naar de steentijd”. Allemaal met dat biologisch-mechanisch aangedreven brein, “de eeuwig bronstige, knetterende kronkelpot”, met dat bewustzijn daarin zo teweeggebracht, die vage noties en gewaarwordingen, die emoties, die eenzaamheid, dat gemis, die ontvankelijkheid voor het onverklaarbare effect dat muziek kan maken…

Inventaris van levenstrajecten
Van Heulendonk vertelt drie apart staande verhalen onder één grote overkoepeling om te illustreren wat Angelo in het laatste hoofdstuk op het vliegtuig overweegt: wie zijn al die mensen hier eigenlijk, wat brengt hen hier, wat hebben ze met elkaar te maken? (En lees dan goed, want wie zit er óók op het vliegtuig, zonder dat zijn naam nog genoemd wordt, en waarom en hoezo?) Om die vragen te beantwoorden heeft Van Heulendonk deze “inventaris van levenstrajecten” opgemaakt. Met veel verwondering over de mens als wezen. Als auteur hem etalerend in zijn beperktheid en desondanks enkele glorieuze (vaak muzikale) momenten. Hem gevat in een web van toevalligheden en omstandigheden, onwaarschijnlijk gedetermineerd in zijn schijnbare vrijheid. En in flitsen spottend belicht of becommentarieerd door eenlevensrijpe sater, die er dan gelaten en onbegrijpend het hoofd bij schudt: dit is het leven (maar). Niet gemakkelijk, dus, niet pakkend en meeslepend van bij de eerste kennisname, maar wel, bij nader toezien, zeer zorgvuldig verwoord, en grondig uitgekiend en zeer nauwgezet gecomponeerd.

Uitgeverij Arbeiderspers, 2014. 176 pag.

Koop bij bol.com

Hoogvlakte

Naomi Rebekka Boekwijt – “Hoogvlakte”

Met gepaste trots kunnen we, in samenwerking met De Arbeiderspers, onze eerste prijsvraag bekend maken. Kijk snel onder “Winacties” om te lezen hoe je kans kunt maken op één van de 3 exemplaren van “Hoogvlakte” van Naomi Rebekka Boekwijt.